Selecteer een pagina

[av_one_full first min_height=” vertical_alignment=” space=” custom_margin=” margin=’0px’ padding=’0px’ border=” border_color=” radius=’0px’ background_color=” src=” background_position=’top left’ background_repeat=’no-repeat’]

[av_textblock size=” font_color=” color=” admin_preview_bg=”]
[vc_row][vc_column][ivf video_url=”https://www.youtube.com/watch?v=niwIfknYKMg” frame=”mbp” bgd=”4322″ icon=”arrow75″ icon_color=”#ffffff”][/vc_column][/vc_row]
[/av_textblock]

[av_textblock size=” font_color=” color=” admin_preview_bg=”]
‘TopTrends voor ondernemers’. Zo heet het nieuwe boek van Willem Overbosch. In het magazine van managementboek.nl stond: “Het management boek na één jaar op zolder”. Willem, is het waar dat jij je een jaar lang op zolder opgesloten hebt om dit boek te schrijven?

Willem: Voor het meerendeel van de weekenden wel ja. Ik heb geleerd dat het schrijven van een boek niet iets is dat je op een doordeweekse vrijdagmiddag aan het doen bent. In alle eerlijkheid heb ik me daar wel een beetje in vergist.

Dat hoor je vaak van mensen die een boek hebben geschreven. Ze zeggen achteraf: “Holy, f*ck. Als ik dit geweten had, had ik er misschien nog wel twee keer over nagedacht. Begrepen je kinderen een beetje dat papa elk weekend op zolder zat?

Willem: Die kwamen inderdaad nog wel eens op de zolder met de vraag: “Papa, papa, wanneer is je boek al af? Dan zei ik steeds: “Ik ben er bijna. Ik ben er bijna.” Eindelijk was het boek af in September en toen vroegen ze: “En papa, wat heb je voor een cijfer?”

Heerlijk. En? wat heb je voor een cijfer? Wordt het überhaupt een beetje goed ontvangen?

Willem: De recensies zijn goed. Ik heb er nu een aantal gehad in hele diverse media, van een blad voor verenigingsmanagers tot en met recensies op managementboek.nl en op bol.com. Veel recensies gaan erover dat iedereen de algemene trends herkent, maar dat de toegevoegde waarde echt in de toepassing ervan zit. Dat is precies het gat in de markt wat ik opzocht, omdat je merkt dat heel veel mensen wel over megatrend A en megatrend B lezen welke kant het op gaat, maar wat moet jij morgen doen om ermee aan de slag te gaan? In de toepassing zit nu juist de toegevoegde waarde van dit boek.
[/av_textblock]

[av_codeblock wrapper_element=” wrapper_element_attributes=”]

[/av_codeblock]

[av_textblock size=” font_color=” color=” admin_preview_bg=”]
Dat staat er ook onder: ‘Van trend naar toepassing’. Wat ik leuk vind is dat jij zelf een ondernemer bent. Ik ben ook benieuwd hoe jij binnen jouw bedrijven straks al die elementen en trends gaat toepassen. Achteruit kijken is af toe leuk, heel even. Maar we moeten vooral vooruit: wat gaan we in 2018 anders doen? Ik ben ook benieuwd hoe je de trends die je zelf hebt herkent, vaak met hulp van specialisten op hun gebied, gaat vertalen naar je eigen business. Achter de bar vond ik een dobbelsetje. Je hebt, geloof ik, tien trends geformuleerd. Laten we dobbelen en de stenen laten bepalen welke top trends voor ondernemers we er uit gaan lichten vandaag. (we dobbel en en Jelle gooit 6) Trend 6. Weet je dat uit je hoofd, of niet?

Willem: Trend 6, dan zitten we in ieder geval in het tweede deel van het boek en volgens mij gaat het over de digital nomads.

Precies! ‘Als er maar WiFi is, een interview met Esther Jacobs. Wat heeft het interview jouw aan inzichten opgeleverd?

Willem: Esther is een onderneemster die ik al een hele tijd volg. Zij is een van de eerste digital nomads in ieder geval van Nederland. Iemand die eigenlijk nergens woont en dat was ook het mooie van haar verhaal. Als je in Nederland woont, dan heb je je bedrijfsgegevens voor de belastingdienst. Je moet ergens wonen, anders besta je feitelijk niet op basis van je burgerservicenummer. Zij was aan het ondernemen als digital nomad en woonde en werkte eigenlijk over de hele wereld en schreef haar boeken en verhalen vanuit de hele wereld, maar ze moest wel ergens een vestigingsadres hebben. Omdat zij dat niet had, kon de belastingdienst daar niet mee omgaan. Oftewel, ze verklaarden haar gewoon als een persona non grata, want je bestaat dus niet. De wet kan nog niet omgaan met hoe deze nieuwe ontwikkeling feitelijk aan het gebeuren is. Een digital nomad, iemand die gewoon plaats en tijd onafhankelijk werkt.

Dat is niet zo nieuw meer, maar als je nu kijkt zie je de versnelling in die ontwikkeling en heb je alleen nog maar een laptop en een WiFi verbinding nodig om je werk te kunnen doen. Ze zit vaak op een boot op reis van hier naar de Caribean en daar kun je ook prima werken, waarbij het tijdsverschil minimaal is. Daar zit unused potential. Heel veel ondernemers, en daar zit ook meteen de toepassing, hebben moeite met het vinden van goed personeel, of dat nu in vaste dienst is of flexibel personeel. Je kan natuurlijk gebruik maken van digital nomads die anywhere in the world zitten, als je maar weet waar je ze kan vinden.

Waar vind je die digital nomads?

Willem: Heb jij zelf wel eens fiverr.com gewerkt? Voor $5 even die eerste taak wegzetten.

Zeker! I love Fiverr.com. Al merk ik wel dat die $5, zoals het eerst begon, heel sympathiek was. Maar er is nu steeds minder voor $5 te vinden. Maar dan nog, nu kom je misschien op $35 uit en dan heb je gewoon een folder ontworpen of een eBook gemaakt of een Jingle ingesproken.

Sommigen lezen dit verhaal als blogpost, anderen luisteren naar dit interview als afglevering van de Jelly Driver podcast, maar sommigen zullen dit ook bekijken op YouTube. (Door “Jelle drijver” te zoeken op YouTube vind je mijn kanaal vanzelf). Aan het einde van een video komt er dan zo’n teasertje met: “Vond je dit nu een leuke video, reageer in de comments of abonneer je op dit kanaal. Thanks.” Dat is een animatie met mijn gezicht en alles erin. Daar heb ik 15 dollar voor betaald op Fiverr.

Willem: Dat is toch geniaal.

Jelle: Dat is briljant.

Willem: Stel je doet iets in de IT, dan vraag je je af waar je goed IT-personeel vandaan haalt? Kijk eens op Upwork.com. Daar kun je iemand vinden die in Sydney aan het werk en daar toevallig de skills heeft die jij nodig hebt. Het contract wordt feitelijk door Upwork gefaciliteerd en je bent aan de slag.

Jelle: Je betaald met PayPal en alles is geregeld. Upwork heette hiervoor oDesk en is na een fusie Upwork gaan heten. Via Upwork heb ik bijvoorbeeld Matthijs gevonden. Matthijs die reist vooral heel veel door het oostblok en geeft daar ook rondleidingen door verschillende steden en in de avonduren en de dooie uurtjes tussen de rondleidingen door werkt hij voor ons transcripts uit. Dus als je een transcript van dit gesprek wil, dan ga je naar jelledrijver.nl/willem en dan kun je daar je naam en e-mailadres invullen en ontvang je een PDF met het hele transcript dat is getypt door Matthijs. Dus ik mail het audiobestand van dit interview naar Matthijs en die werkt dat ergens de komende dagen ui als hij er tijd voor heeft en ik krijg in Google Docs een uitgebreid transcript terug. Werkt briljant.

Willem: Daar noem je al Google Docs. Voor heel veel ondernemers is dit allemaal nog best nieuw. Jij bent een adopt van deze technologie en deze manier van werken. Toch merk je dat samenwerken aan een document in Google Docs gewoon nog heel nieuw is. Dan denk je: Hoe kan het dan dat niemand dat weet? Omdat het merendeel van de mensen gewoon nog in een Microsoft Office omgeving werkt met een Internet Explorer en denkt dat het niet bestaat. Dus bij het toepassen van trends, zowel bij de digital nomads als het samenwerken aan je documenten en programma’s en het samenwerken überhaupt, daar zijn nog heel veel ontwikkelingen waarmee je nog vandaag kan gaan starten en waar heel veel mensen nog een gigantisch voordeel mee kunnen krijgen. Dat is nu typisch een toepassing die ik beschrijf.

Een andere hele leuke is ook kantoorruimte. Ik zit hier in een kantoorpand waar ik ruimte over heb. Wat je dan vervolgens kan doen is je kantoor openzetten voor mensen die digitaal werken en zeggen: “Kom hier maar werken. Ik heb WiFi, ik heb hier een kop koffie en je kan een boterham mee-eten.” Op die manier haal je eigenlijk je team naar binnen toe en faciliteer je een locatie.

Jelle: Kennis en inspiratie. Jij weet dat ik een bedrijf hebt genaamd Peper in je Pand, dus laten we daar straks nog eens over doorpraten 😉  (We zijn er nu toch).

Dat was trend nummer 6. Als jij vast gaat dobbelen, pak ik even het boek erbij. Overigens, voor de mensen die vaker luisteren en kijken, weten dat ik een redelijk Google G Suite fan en ik gebruik Mac. Ik ben wat minder Microsoft minded. Ik moet Microsoft echter wel de credits geven dat ze met Office 365 –eindelijk– in beweging komen om op hun Microsoft platform de mogelijkheden die er bij Google G Suite al lang zijn te faciliteren richting de Microsoft gebruikers. Waar werk jij mee?

Willem: G Suite. Dat doe ik al sinds 2008, maar ik ben het wel met je eens dat Microsoft nu een hele grote stap aan het zetten is en dat het eigenlijk niet heel veel meer uitmaakt. Natuurlijk zie je dat de integratie, dat ook door de overname van de videodienst Skype, ze zijn met LinkedIn bezig, Microsoft wel aan het inhalen is. Laten we eerlijk zijn.

‘Blurring in Business, aandacht voor elkaar’. Een interview met Leen Zevenbergen.

Willem: Ja, Blurring in Business. Het hoofdstuk begint met een shot van de Efteling, waarin ik het voorbeeld stel van de Efteling als plek waar je eigenlijk een mix van activiteiten door elkaar ziet. Er zit daar een Lange Jan, die prijkt op de voorkant. Blurring in Business wil eigenlijk zeggen dat we om ons heen, ook in het straatbeeld, branchevervaging zien. Je kan een kop koffie drinken, terwijl je wacht bij de slager, bij de kapper krijg je er een glaasje wijn bij en bij de barbier kun je zelfs een glas whisky krijgen. Dat zijn eigenlijk allemaal vormen van vermenging van verschillende branches. Het voorbeeld wat ik in het boek ook aanhaal is de boekhandel in Driebergen waar ze een café in hebben gezet, want als je de tijd hebt om over boeken na te denken en komt kijken in een boekenwinkel, dan ben je in een bepaalde mood. Of je gaat een boek voor iemand anders kopen, of je bent voor jezelf een stukje inspiratie aan het ophalen. Dus ze dachten: Dat moment kunnen we natuurlijk uitnutten door iemand ook een kopje koffie en een stukje taart te faciliteren, terwijl we daar ook lezingen geven. Dat is een typisch voorbeeld van blurring in business. Waar het spannend gaat worden is daar waar de wetgeving er nog niet op is aangesloten. Uiteindelijk moet je een drank- en horecawet aanpassen op het feit dat jij in een zaak waar je normaal iemand zijn haren knipt ook drank gaat schenken, in een zaak waar je normaal boeken koopt ga je een café beginnen. De wetgeving is daar helemaal nog niet op aangepast, maar voor heel veel, met name detailhandel, is dat natuurlijk toch een overlevingsmechanisme, omdat ze hun risico’s gaan spreiden.

Dus eigenlijk heb je dit boek ook een beetje geschreven voor de Tweede Kamer? “Jongens, bekijk nu eens dat dit is waar we naar toe gaan en pas daar de wetgeving op aan.” Want ik hoor je al bij twee trends zeggen: “Dit is een trend, alleen we zijn er nog niet helemaal klaar voor”.

Willem: En dat zou je kunnen zeggen over het merendeel van de trends inderdaad. Er zijn heel veel trends en ontwikkelingen die voorlopen. Dat is überhaupt met trends. Trends zijn dingen die je nu wel kan zien en ervaren. Dat is ook wat Leen in zijn interview heel duidelijk aangeeft. Het zijn golven van de tijdgeest. Het zijn dingen die je om je heen kan signaleren. Voordat we begonnen startten we net onze Google Voice Kit die we op de Rasberry Pi hebben gezet. Je kan nu al spelen met artificial intelligence, maar de vraag is natuurlijk: “Waar gaat die data naar toe?” en: “Heeft de overheid daar wel een antwoord op?” Daar komt natuurlijk wel een nieuwe wet aan die daar van alles over gaat vinden, maar eigenlijk is de technologie al vele malen verder dan dat de wetgever is. Ik weet niet hoe jij dat zien, maar er zijn natuurlijk heel veel mensen die bij de overheid werken die hier ook nog geen kennis van genomen hebben. Probeer maar eens een Google Doc te delen met een ambtenaar.

Jelle: Ja, dat is heel lastig, want die vraagt dan: “Kan ik dit downloaden als Word document?” Dan krijg je alsnog een Word document terug, wat je zelf weer moet omzetten en uiteindelijk heb je zelf 4 verschillende versies en weet niemand wat nu de laatste versie is en of daar nu alle opmerkingen in verwerkt zijn.

Willem: Wij geven niet op.

Blurring in Business. Ik doe verschillende dingen. Ik maak deze podcasts, ik doe interviews, ik geef lezingen, ik verhuur panden en help bedrijven met hun online marketing. Ik krijg ook wel eens op mijn flikker van mijn omgeving, waarbij ze zeggen: “Ga nu eens een keer focussen, man.” Hoe zit dat dan bij blurring in business?

Willem: Daar zoek je juist die branchevervaging op. Traditioneel gezien was de markt verdeeld in branches. Je deed iets: je was schoenmaker, je had een groothandelsbedrijf of je bent bakker en dat is wat je doet. Dus wordt je lid van die branchevereniging en die weet alles van de horeca of alles van de bakkers. In die vertical ben en blijf je actief en groei je door. Je ziet dat dat vervaagt. Internet heeft niet alleen maar het ondernemen gedemocratiseerd, maar ook die branchevervaging geholpen, want informatie is in ene keer veel breder toepasbaar en beschikbaar. Ook de consument verwacht steeds meer diensten en producten af te kunnen nemen op verschillende plekken. Een beetje slimme ondernemer speelt daar natuurlijk op in. Waarmee ik niet zeg dat je je focus zou moeten verliezen. Je er wel over nadenken. Het leuke van blurring in business is dat je er heel makkelijk mee kan experimenteren en dat het niet meteen je hele business omver hoeft te gooien, maar als je het niet doet is er waarschijnlijk een ander die het wel doet.

Jelle: Wat ik leuk vind is dat ik, doordat ik die panden en kantoorruimtes verhuur, ondernemers tegenkom die ik veel gevallen ook weer kan helpen met online positionering. Die kennen weer andere ondernemers die op een gegeven moment ook kantoorruimte zoeken. Ik kan die ondernemers af en toe interviewen en heb daarmee leuke content voor mijn podcast en mijn online kanaal. Wij zitten nu weer samen aan een bar in dit geval en het brengt mij ook weer heel veel nieuwe contacten. Dus als ik het uitleg, snappen mensen het ook wel.

Een hele leuke klant, Mark van der Hijden (MendriX.nl), zei laatst: “Eigenlijk ben jij gewoon een opportunity hoer, want als je een kans ziet spring jij erop in. Dat is ook wel een beetje zo. Misschien moet ik dat ook gewoon op mijn visitekaartje zetten.

Willem: Die ga ik claimen, die vind ik mooi: De opportunity hoer.

Naam: Jelle Drijver. Titel: Opportunity hoer.

Zullen we gaan dobbelen? Anders zitten we hier de hele dag aan de bar. We gooien 4.

Willem: Bij 4 wordt het mooi, want dan zitten we in de buurt van de duurzaamheid. Dat hele stuk spreekt mij wel heel erg aan.

Patrick van Weerelt. Wie is Patrick?

Willem: Patrick is de directeur van het United Nations Sustainable Staff College en dat zit in Bonn. Dat is een hele mond vol, maar de United Nations hebben in 2015 de sustainable goals for global development neergezet en met 192 landen in Parijs ondertekend, waar de 17 doelen voor de global development onder vallen. Dat is iets wat aan de ene kant heel politiek lijkt, maar het is hetzelfde als de millennium goals: de UN kijkt met al die wereldleiders 15 jaar vooruit en zegt: “De komende 15 jaar is dit belangrijk om de aarde weer een stukje beter en leefbaarder te maken.” De 17 goals voor sustainable development zijn eigenlijk van 2015 tot 2030 bedoeld, dus in 2030 moeten we met z’n allen weer een bijdrage hebben geleverd aan een duurzamere wereld, waarin we elkaar allemaal nog een beetje aardig vinden en zorgen dat iedereen nog te eten heeft. Dat klinkt allemaal heel ver van mijn bed en we zitten hier in die bruine kroeg en dan denk je: Wat heb ik daar dan nu mee te maken? Nou, ontzettend veel. Daar zie je dat Patrick aan de ene kant, want hij is de directeur van het opleidingsinstituut van de UN dat zich hiermee bezig houdt, nog heel erg bezig is met het overtuigen van wereldleiders, ambtenaren, corporate social responsibility managers met dat er überhaupt 17 doelen zijn, maar die vergeet eigenlijk dat je er in het MKB morgen al mee aan de slag kan en dat dat nog heel weinig gebeurt. Dus ik vond het heel belangrijk om in ieder geval Patrick te laten vertellen wat die doelen zijn en wat je er als ondernemer aan hebt. Wat is nu eigenlijk de bedoeling? Om vervolgens in de hoofdstukken erna aan de slag te gaan met de vertaling.

Ga eens op zijn stoel zitten en leg mijn kijkers en luisteraars nu eens uit, als zij ondernemers zijn, want dat voor hen betekent?

Willem: Pak het onderwerp duurzaamheid nu eens op. Kun jij morgen…

Beste lezer, kijker of luisteraar: Nu niet in slaap vallen, hè. Willem, heel veel mensen beginnen, als ze het woord duurzaamheid horen alleen al horen, te snurken.

Willem: Ik vind het een marketing instrument. Ik heb dit boek bijvoorbeeld laten drukken op papier gemaakt van landbouwafval.

Zodat je dat kan zeggen?

Willem: Je hebt het hierover: Een boek is iets waar bomen voor omgezaagd zijn. NEE! Jij kan elke folder die jij afdrukt, elk papiertje dat je print, kun jij drukken op papier gemaakt van landbouwafval. Je kunt het drukken op papier gemaakt van steen.

Je zegt: “Het is een marketing instrument.” Ik denk dat het voor heel veel bedrijven nu nog het geval is dat ze aan maatschappelijk verantwoord ondernemen doen, omdat dat nu eenmaal als marketing werkt: ‘kijk ons eens, wij doen maatschappelijk’. Terwijl wij er naartoe moeten dat mensen het doen omdat ze ook vinden dat het ook nodig is.

Willem: Maar de combinatie bij ondernemers zit er altijd in dat het iets op moet leveren. Ik mag een bijdrage leveren aan een betere wereld: Social entrepreneurship. Bottom line moet je er ook iets mee verdienen. Een van de mensen die een recensie schreef merkte op: “Nergens in jouw boek staat er iets over winst.” Ik vind het winst als jij vanuit je overtuiging dat je een bijdrage wilt leveren en op zoek gaat naar een businessmodel of een toepassing. Een toepassing van duurzaamheid door te denken aan duurzaam printen, door te denken aan het in dienst nemen van mensen die een bepaalde leeftijd hebben, door te denken aan mensen die iets extra’s nodig hebben en daar ook iets mee te doen door een goed doel te steunen. Dus ik pak Oxfam Novib, als goed doel, wat zich bezighoudt met ondernemerschap in derde wereld landen. Dan ben je heel erg bezig met ondernemers onder elkaar. Wij samen snappen dat. Maar jij kan heel makkelijk die bijdrage leveren en daar ook nog een positief verhaal van maken. Ik denk dat die combinatie van ondernemers in MKB heel belangrijk is. Dat het niet alleen maar is dat we iets met duurzaamheid moeten, maar dat het het ook nog eens goed doet. Vergeet niet dat als jij diensten gaat leveren aan de overheid, die 100% duurzaam inkoopt, dat je out of business bent als je niet meedoet. Dat vind ik nogal belangrijk.

Jelle Drijver: Ik kan me voorstellen dat dat ondernemers nog wel wat meer triggert. Zullen we nog eens dobbelen?

Willem: 2

‘De real-time revolutie, overal en altijd van alles op de hoogte.’ Gek wordt je er af en toe van. Word jij niet doodmoe van het altijd en overal op de hoogte zijn?

Willem: Aan de ene kant merk ik dat ik daar vragen over stel. Aan de andere kant merk ik dat de kansen die de digitale revolutie biedt… Ja, iedereen is altijd online. Daar begint het boek mee. Er is een digitale revolutie. Dat weet iedereen. Het tweede is: er is een real-time economy. Het feit dat we in staat zijn deze uitzending in real-time via YouTube als live event te streamen en daarmee een heleboel stappen in een productieproces overslaan, is natuurlijk heel bijzonder. Als ik op jouw horloge, jouw iWatch, jouw Apple watch, zit of op een ander bandje zit en jouw hartslag kan meten, dan betekent het dat ik als ondernemer feitelijk de hartslag van mijn klant kan meten. Het feit dat een bank digitaal meteen mijn bankgegevens en meteen mijn boekhouding kan inlezen en daarmee kan beoordelen of ik wel een beetje kredietwaardig ben en rente en aflossing kan betalen is aan de ene kant heel eng, omdat je marge voor de onderhandeling steeds kleiner wordt. Aan de andere kant is het lekker transparant. Die kant gaat het wel op. Het slaat heel veel slagen in het proces over. Jij weet inmiddels als jij bij Spotcap financiering wil hebben binnen tien minuten waar je aan toe bent: Bam!

Betekent wel dat je door kan en dat je slagen kan maken en het betekent ook dat je als ondernemer uit wordt gedaagd om daarop in te spelen. Aan de ene kant natuurlijk door de consument die verwacht gewoon dat jij met je chat meteen antwoordt. Die verwacht ook dat als ze jou bellen, dat je opneemt. Die verwacht ook dat als jij informatie verstrekt, dat die real-time beschikbaar is. Dus je zal er, aan de ene kant, mee moeten spelen. Dat vraagt veel van jou als ondernemer, maar het kan je aan de andere kant nog veel meer geven, want die data kun jij ook real-time analyseren. Je kan, als wij deze uitzending live zouden streamen, meteen zien of er mensen mee kijken en mensen kunnen live vragen stellen en mensen kunnen live meepraten en we kunnen ook de data die erachter zit nog eens analyseren. Dus we leren ook vele malen sneller. Dat vind ik interessant. Zeker als je dat gaat combineren met AI en andere vormen van data processing.

AI. (Artificial Intelligence). We hadden het voorafgaand aan dit gesprek al over hoe snel joue Raspberry Pi apparaat kan leren. Hij noemde jou eigenlijk bij de naam van jouw zoon. Toen zei jij: “Google, ik heet Willem.” Daarna zei het: “Wil je dat ik je Willem noem?” Vanaf nu zegt het: “Willem je hebt een afspraak om elf uur.” Doe jij iets met het slimmer worden van apparatuur binnen één van jouw bedrijven.

Willem: We zijn heel erg bezig met community management, dus community building. Hoe kun je een community maken.

Ik denk dat je met name doelt op de MKB Servicedesk.

Willem: Ja, daar hebben we 350.000 bezoekers per maand en 70.000 profielen. Wat kun je daar nu van leren. Want al die mensen die op dat platform komen, zoeken iets. Op het moment dat ik ze kan identificeren van een onbekende zoekvraag, want iemand die googelt komt bij jouw platform en het is een IP-adres dat een bepaald gedrag vertoont. Dat is Jelle die daadwerkelijk geholpen wil worden met het aannemen van personeel of het verhuren van een kantoorpand. Ik verzin even wat. Jelle doet dat in Utrecht, maar ook in Rotterdam en Den-Haag. Dan kun je profielen gaan bouwen. Op het moment dat ik dat beter weet, en jij staat mij toe dat te weten, want het is natuurlijk wel in consent, dan kan ik jou helpen om sneller en beter keuzes te maken, dan wel jou in contact brengen met ondernemers die iets te verhuren hebben. Op het moment dat je daar slim mee speelt en vanuit MKB Servicedesk die dienstverlening gaat verlenen, doet dat een beperkt beroep op resources. Ik hoef hier niet meer mensen neer te zetten, ik kan efficiënter mijn bedrijf draaien en ik kan ondernemers op mijn platform beter faciliteren. Kortom, ik kan ze beter ondersteunen in hun ondernemerschap. Natuurlijk maakt technologie, Google cloud platform, het heel makkelijk om, wat we net deden met die Google Voice of Google Text, de API’s aan te roepen en op de data los te laten. Dus je kan heel makkelijk spelen. Het is knutselen met technologie en er kan niet heel veel kapot gaan. Ja, je kan heel erg gaan kijken naar de risico’s van privacy en dit en dat, waar je rekening mee moet houden. Als je een boek zou schrijven over de ellende en over moeilijke dingen en wat er allemaal mis kan gaan, dan is het een ander boek. Niet mijn boek.

Jelle: Je bent een positivo.

Willem: Ja, wat je net een opportunistische hoer noemde. Dat spreekt me overigens wel aan. Dat is leuk. En niet alleen dat, want je bent aan het knutselen met technologie die beschikbaar is. Je kan overal ter wereld mensen betrekken in je project en je kan heel snel leren en verbeteren, verbeteren, verbeteren. Daar zijn boeken over geschreven: ‘Lean’, ‘Agile’, noem het allemaal maar op. In de basis gaat het allemaal over knutselen en trends toepassen is niks anders dan durf hebben en knutselen.

Ik zeg wel eens: Ik ben 33 en ga iedere dag buiten spelen. Ik ga naar mijn werk en daar ga ik leuke dingen doen. Kijken wat er kan en dingen aan elkaar friemelen. Laatst heb ik ook een zakelijk rekening geopend bij Bunq, omdat ik het gewoon leuk vind om te kijken hoe dat gaat en werkt. Wat ik een verademing vind is dat zij zeggen: “Hier heb je onze API.” Dan zegt Moneybird: “Te gek, hier heb je onze API. Die knopen we aan elkaar.” Ik hoef nu dus niet meer elke maand of week mijn MT940 bestand bij de ABN te downloaden om dat vervolgens te uploaden naar Moneybird om dan alle mutaties te koppelen aan alle inkomende en uitgaande facturen. Als ik nu een betaling doe of ik nu geld aan jou overmaak, dan staat het over 30 seconden ook in mijn boekhouding en hoef ik alleen nog maar te zeggen dat het bij die factuur van Willem hoort.

Willem: En als we er een nummertje bij hadden gedaan, dan was het vanzelf afgeletterd. Zo hard gaat het. Ik denk juist dat dat spelen met technologie in je eigen bedrijf, dus niet zeggen dat medewerker X of Y dat doet en zoals veel ondernemers wijzen naar een ander: Dat doet die of die. De gemiddelde ondernemer in Nederland is 46 en dat is mijn profiel. Ik ben 44, bijna 45, heb vier kinderen, de gemiddelde heeft er 2. Die is beperkt bezig met technologie. Als je dan om je heen kijkt en je sluit je ogen, of je durft er nog niet zo mee te spelen, want misschien is het wel eng. Dan gaat je zoon of dochter je dadelijk wel vertellen hoe het moet, want dat is de consument van de toekomst en die generatie Z, die eraan komt. Daar moet je je nu wel op voor gaan voorsorteren. Dus het spelen met technologie, zoals je zei: “Het elke dag buitenspelen”, dat is voor iedereen belangrijk. Weet je wat? Het is nog leuk ook. Mijn oproep aan iedereen die deze podcast ziet of hoort is: Ga lekker spelen. Neem het boek in de hand. Ga naar buiten toe en ga het gewoon testen. Het is helemaal niet eng, het is juist leuk.

Nog een keer gooien: 9. Die hebben we nog niet gehad. ‘De stap naar as a service’. Wacht even. We hebben het over ‘TopTrends voor ondernemers’. We zijn nu 2018, de stap naar as a service heb ik volgens mij vier jaar geleden ook al gehoord als trend?

Willem: Abbonementisering, daar heb ik het over.

Software as a Service, of doel jij nu op de scheermesjes die ik elke maand krijg of de picknick die op zondagavond zegt: “Joh, als jij morgen weer je boodschappen weer wil hebben zoals elke maandag, dan moet je nu bestellen. Je hebt nog een uur, anders wordt het woensdag.

Willem: Vertaal het maar eens even door naar de bloemist, met Bloomon en de verse bloemetjes op jouw tafel, zakelijk gezien.

Jelle: Dat zien we nu wel veel meer dan vier jaar geleden.

Willem: Veel meer dan vier jaar geleden, maar het zit nog steeds in de start-up scene. Dus, zoals met de scheermesjes, is het heel veel hip and happening, vooral in Amsterdam. Het is een beetje Rotterdam en vooral New York, maar nog helemaal niet Driebergen, lutjebroek of zelfs Arnhem, wat toch al wel een grotere stad is. Daar zie je in dat heel veel van die hippe trendy ontwikkelingen, zoals alles as a service, nog helemaal niet zo zijn doorgebroken. Ook daar geldt weer dat het in de toepassing zit. Er zijn een aantal, wat we dan noemen start-ups of scale-ups of hele grote bedrijven die het voor elkaar hebben: De Netflixen van deze wereld. Daar kun je naar kijken en die zijn succesvol, maar jij kunt het als ondernemer in jouw bedrijf ook doen. Jij kunt jouw businessmodel omgooien en in jouw geval kun je zeggen: “Willem, jij vindt het blijkbaar leuk om verhalen te vertellen over bepaalde ontwikkelingen. Zullen we daar een abonnementje van maken. Stel nu dat ik elke maand even langskom voor een vast bedrag per jaar, dan gaan we dat doen en lever ik een eindproduct af en het is meteen gestreamd.” Dan zeg ik misschien wel: “Wat een goed idee, Jelle.” Dat is voor mij makkelijk om die keuze te maken, want ik betaal het per maand. Het is te overzien in dienstverlening. Het is een afgebakend product. Als je als ondernemer daarmee gaat experimenteren, dan kun je heel veel van de dingen die je nu doet, of je nu in de dienstverlening of in de productie zit, abonnementiseren. Het is goed voor je cashflow. Het is goed voor je voorspelbaarheid. Het is recurring. Oftewel, het voldoet aan heel veel dingen waar banken, zowel als andere investeerders, oren naar hebben. Voor je eigen rust is het ook lekker dat wanneer je het aan de praat hebt, waarvan ik niet zeg dat dat makkelijk is, dan ben je al vrij snel in een situatie dat je kunt gaan schalen.

Dat is goed voor de waarde van je bedrijf en de verkoopbaarheid van je bedrijf, omdat je kan voorspellen wat er gaat gebeuren. Dat is tot nu toe bij mijn vorige bedrijf de uitdaging geweest, want dat was allemaal hap snap. Ik verkocht een keer een website die we maakten, maar daarna was het klaar. Zo dacht ik op een gegeven moment: Waarom verkoop ik er geen servicepakket bij voor de updates en backups en een bepaalde hoeveelheid content. Die hoeveelheid kon dan voor een vast bedrag of wat meer. Dat was heel erg prettig. Ook met het verhuren van panden. Als ik kantoorruimte verhuur en ik krijg er elk jaar of elke maand een kick-back over. Ik weet nu al dat er in 2018 in elk geval x-bedrag binnen gaat komen. Alles wat er dan nog bovenop komt is bonus. Dat maakt dat je je business kunt verkopen of dat je naar de bank kunt gaan als je een financiering wilt en kan laten zien wat er in elk geval al binnen gaat komen. Hoe ga jij jouw diensten abonnementiseren?

Willem: Voor een deel hebben wij onze abonnementen voor advies en dat soort zaken. Die zitten in de huidige dienstverlening. Wat ik een hele interessante vind is content marketing as a service, waarbij veel corporates de doelgroep ondernemers willen bereiken. Zij denken nog heel erg in lead campagnes en, laten we maar zeggen, de banners en de buttons. Waarbij content marketing wel aan het doordringen is, maar as a service. Wij zeggen dat we ervoor zorgen dat jij voor een bepaald bedrag per maand in contact komt met een bepaalde doelgroep en daar ook contact mee kan onderhouden. Dan bouw je eigenlijk een community rondom de specifieke vraag. Om dat aan te bieden als een specifieke dienst is nog heel vroeg in de markt, maar ik geloof er wel heel erg in.

Jullie hebben natuurlijk wel een hele brede doelgroep of mik je binnen die ondernemers ook nog weer op speciale niches? Zo heb ik gister een bezichtiging gehad met een heel leuk bedrijf: Splend. Zij doen aan content marketing as a service, maar specifiek voor technische bedrijven. Vind jij het nodig of slim om dat soort niches te kiezen? Of zeg jij juist: “Joh, je kunt het veel breder trekken.”

Willem: Ik vind het slim. Als je het hebt over lessons learned, dan ben ik ook een generalist en denk ik juist dat door het focussen op een bepaalde doelgroep, de scheermesjes of een hele specifieke markt, dan kun je excelleren in die specifieke markt. Het MKB bestaat feitelijk niet. Het is een definitie van een doelgroep die hangt aan een omzet klassen en een werknemersklasse. Iedereen tussen de 0 en 250 werknemers is MKB. Dat hoor je natuurlijk heel vaak terug op het Journaal of bij grote bedrijven: “Wij bedienen het MKB.” Dan zeg ik altijd: “Maar wie dan?” en: “Hoe ziet er dan überhaupt uit?” Dat zijn 1,8 miljoen bedrijven in Nederland, waaronder een miljoen zelfstandigen en nog eens 400.000 bedrijven met minder dan 10 medewerkers. “O, ok.” Daar zijn het man-vrouw bedrijven, die doen het samen en daar worden beslissingen genomen als bij een consument. “O, oh” Op het moment dat je gaat focussen en je pakt de retail, dan worden het al 100.000 bedrijven. Pak je dan de webwinkels eruit, dan worden het er nog minder. Dus ik vind het heel slim om die focus aan te leggen, want dan kun je steeds beter profilen. Je kun je je content, wat weer een breed begrip is, daar beter op afstemmen en kun je die mooie klantreizen beter gaan voorspellen.

Klanten vinden het vaak ook heel prettig is mijn ervaring. Bedenk maar eens: op het moment dat jij een bepaalde aandoening hebt, dan kun je naar een chirurg die algeheel chirurg is of naar een chirurg die alleen maar die specifieke aandoening doet en daar heel goed in is. Welke chirurg heb je liever? Doe mij dan maar diegene die gespecialiseerd is in de aandoening die ik nu toevallig zou hebben. Dat werkt voor bedrijven net zo. Als ik kan kiezen tussen een bedrijf dat content doet of ik ben een technisch bedrijf en zoek een contentleverancier die alleen maar content creeert voor technische bedrijven, doe me dan die maar, want die begrijpt mijn business.

Willem: Dat is het. Wij hebben natuurlijk een achtergrond van de afgelopen 15 jaar MKB. Ja, ondernemers. We spreken de taal van ondernemers. Dat is al een niche ten opzichte van B2B breed. Business to business is wat breder dan alleen het MKB. Daarbinnen is het segmenteren natuurlijk ontzettend belangrijk. Juist die verhalen zien te creëren die verbinden, dat is en blijft wat de aboriginals al 70.000 jaar lang doen: Verhalen vertellen in de overdracht om te zorgen dat je een cultuur doorgeeft. Nou ja, marketing en content marketing begint natuurlijk toch bij iets. De Simon Sinek: ‘The why’. Het begint bij een goed verhaal. Het begint bij een authentiek verhaal, waar jij en ik ons aan kunnen verbinden. Vandaag is dat trends, morgen misschien het verhuren van panden, maar door die gezamenlijke interesse te definiëren en ermee aan de slag te gaan creëer je iets heel belangrijks.

Is storytelling nog steeds een trend die gaande is of is het een trend die nu eindelijk breed wordt opgepakt?

Willem: De term die niet in mijn boek staat is the narrative, het verhalen. Dat is storytelling. Het verhalend bedrijven van marketing, want een verhaal is overdraagbaar. Ik denk dat het nog steeds zo is. Ik denk dat heel veel grotere bedrijven zich hebben vergist in de authenticiteit. Dus een verhaal moet jouw verhaal zijn. Jouw verhaal is jouw verhaal, mijn verhaal is mijn verhaal. Als ik dicht bij mijn eigen verhaal blijf, dicht bij mijn eigen ‘why, dicht bij mijn eigen autonomie, dan gaat het goed. Op het moment dat ik een verhaal ga vertellen waar ik niks mee heb of waar ik niet achter sta of wat gekunsteld is, dan wordt het dun. Als het gemaakt is, dan begint het heel erg doorzichtig te worden. Als jij niet leeft wat jou verhaal is, dan moet je jouw verhaal niet vertellen. So, don’t tell the story that is not yours.

Ik ben Peper in je Pand begonnen omdat ik de typisch traditionele makelaar niks vond. Als ik jou vraag om een makelaar in gedachten te nemen en mij te omschrijven, dan is het negen van de tien keer niet per se een heel positief beeld. Ik was klaar met dat type makelaars en ben het daarom zelf maar gaan doen. Ik ben zelf op zoek gegaan voor buren in het verzamelgebouw waar ik toevallig mijn eigen kantoor had zitten. Dat ging blijkbaar goed. En tijdens de bezichtigingen merkte ik dat dat iets is wat mensen aanspreekt. Zij denken: Ik ben ook helemaal klaar met die makelaar! Herkenning. En als ik bedenk wat ik nou werkelijk anders doe, zit het vooral in het tonen van een tikkeltje meer (oprechte) interesse en iets minder arrogant.

Willem: Je pakt het fundament van een ondernemer op. Heel veel ondernemers beginnen vanuit iets wat hen frustreert.

Jelle: Precies. Er wringt iets.

Willem: Wat wringt is vaak een van de beste startpunten van je onderneming, omdat er een motivatie achter zit, want je wil dat wringen oplossen. Waar ik heel benieuwd naar ben en waar mijn eigen les in zit, is dat dat wringen, die nieuwe technologie, dat leuke idee wat je hebt of de achterkant van het bierviltje waar je dat op hebt geschreven, hoe ver je dat doordenkt, hoe ver het experiment gaat en hoeveel het kost om het experiment tot wasdom te brengen. Als je het hebt over lessons learned en dingen die je als ondernemer ook goed in de gaten moet houden als je gaat spelen, is dat je moet zorgen dat je die droom voor ogen houdt. Hoe ziet dat eindpunt eruit? Waar werk je naartoe? Als ik jou dat zou vragen met Peper in je Pand; wat is het schaalbare model? Oftewel, wat is die droom? Waar is het eind van die tunnel? Ben je in staat om die hoepeltjes te tekenen waar je doorheen moet springen om van de huidige situatie naar de gedroomde situatie te komen? Dat is een heel leuk voorbeeld in het boek: de dromenvanger methode van Oxfam Novib. Die wordt gebruikt in derde wereld landen om mensen die niets hebben van niets iets te laten maken. Dat is ondernemen. Zij zijn gemotiveerd, want ze willen wat te eten hebben en hun kinderen naar school brengen, maar dat is niets anders dan jouw frustratie om jouw pand te vullen en peper in je reet te krijgen. Die dromenvangermethode is trouwens ook een leuke download op www.toptrendsvoorondernemers.nl. Daar kun je het downloaden en dan weet ik wie jij bent. Dat is dan de exchange: Ik geef jou iets en we krijgen wat terug. Dat visualiseren van je droom en het tekenen, dus niet opschrijven met allemaal moeilijke businessplannen. Als jij in staat bent om jouw droom te tekenen, kun je het ook waar maken.

Jelle: Dat geloof ik wel. Als je het kan visualiseren, dan weet je waar je naar toe moet en dan kun je het ook steeds voor de geest halen.

Willem: Het leuke is dat je het net had over: “Daar trok ik mensen bij.” “The reason people call a vision statement is that you have to be able to see it”, is een quote van Simon Sinek. Hij noemde deze en ik vond dat zo mooi. Ik denk ja dat is wel een van de grootste uitdagingen van een ondernemer. Je hebt een beeld in je kop van een wereld waarin bedrijfspanden leuk zijn en waar peper in zit. Alleen is dat beeld overdraagbaar? Zien anderen wat jij ziet in de opportunity? Snappen anderen wat jij bedoelt? Op het moment dat je dat gaat visualiseren, wat je daarna kan beschrijven in een narrative, en anderen zien wat jij ziet, dan krijg je op dat moment mensen mee. Als je daar nog het goede businessmodel onder weet te hangen, geabonnementiseerd en wel, dan ben je een heel eind.

Voor mij is de droom dat ik over een afzienbare tijd zelf eigenaar ben van een aantal panden die ik verhuur. Nu verhuur ik het voor andere pandeigenaren, maar de volgende stap wordt dat ik zelf een keer een pand ga kopen en daar dan een leuk verzamelgebouw van ga maken met een te gekke community en een enorme wachtlijst.

Willem: Waarom zou jij daar eigenaar van willen zijn?

Jelle Drijver: Als investering voor de toekomst.

Willem: Pensioen?

Jelle Drijver: Ja, pensioen en het gevoel hebben… Als ik een huurder plaats dan wordt ik nu vaak eenmalig vergoed. Sommige eigenaren snappen dat het waardevoller is om mij iets minder te betalen, maar wel elk jaar opnieuw op voorwaarde dat die huurder blijft huren. Op die manier ben ik door de jaren heen ook financieel gemotiveerd om te zorgen dat die huurder tevreden is,het naar zijn zin heeft en blijft zetten. Dus ook tegen die huurder zeg ik dan: “Bel mij gewoon als de kraan lekt. Daar hoef je de eigenaar niet voor lastig te vallen.” Tafeltennistoernooien organiseren, lunches, bijeenkomsten etc., want ik wil dat die huurders happy zijn en blijven en dan levert het mij volgend jaar ook weer wat op. Sommige eigenaren snappen dat, maar de meeste zijn nog vrij traditioneel en denken: Nee, ik betaal gewoon één keer en dan is het klaar. Zo hebben we het altijd gedaan en waarom zouden we het anders gaan doen.

Uiteindelijk help ik elke huurder die belt, ongeacht de regeling met de eigenaar. Het zit niet in mijn aard om huurders die bellen, omdat de kraan lekt, terug te verwijzen naar de eigenaar.

Het lijkt mij te gek en ik denk dat de motivatie nog sterker is als het mijn eigen pand is en de huurpenningen uiteindelijk ook gewoon voor mij zijn.

Willem: Dat is een beetje strijdig met trend 3, de platformeconomie. Jij zat in het pand bij Martijn Arets. Die zal jou ongetwijfeld een keer iets verteld hebben van de platformeconomie. Die vraagt zich wellicht af: Goh Jelle, waarom zou jij eigenaar willen zijn? Ik denk wel dat dat een vraag voor de toekomst is. Er zal uiteindelijk iemand eigenaar moeten zijn, of met zijn allen eigenaar.

Dat laatste heb ik in dat pand waar ik met Martijn ooit gezeten heb aan de Lomanlaan weleens geopperd. Dat Lomanhuis is overigens verwerkt in het logo van Peper in je Pand, omdat het daar is ontstaan. Maar daar kon het om verschillende redenen niet meer, omdat er al een andere koper in beeld was voor het pand. We wisten dat het pand verkocht zou gaan worden. Ik heb toen eens geopperd: “Waarom starten we niet een bv, worden we met alle huidige 43 huurders aandeelhouder in die bv, regelen allemaal een stukje financiering wat we allemaal in die bv storten, dan kopen we met die bv het pand en zijn we met zijn allen eigenaar. Als we gewoon huur betalen, dan…

Willem: Dat is een crowdfundingactie.

Jelle: Dat leek mij ook te gek. Ik zeg ook niet dat een pand 100% mijn eigendom hoeft te zijn…

Willem: Waar liep je tegenaan?

Met name dat er al een andere koper was die exclusiviteit had op de onderhandeling. Je moet je een pand van 8 verdiepingen en ruim 5000m2 voorstellen. Zo’n koper wil best gaan tekenen en kijken of het zinvol is om het pand te gaan transformeren naar woningen, wat in dit geval ook is gebeurd. Zij gaan dan kosten maken om e.e.a. te berekenen. Terwijl ze die berekeningen en kosten maken, willen ze we wel zeker weten dat als het positief is, dat zij dan ook het pand kunnen kopen. Dus er was al een exclusiviteit met één koper die het uiteindelijk ook gekocht heeft. Dat was waarom het geen zin had om dezeconstructie verder uit te werken.

Willem: Als concept klopt het wel natuurlijk. Als je die trend in de markt bekijkt, waar we het net over abonnementisering hadden, maar de platformeconomie met o.a. Airbnb, Seats2Meet, enz., faciliteren toch weer die transactie tussen vraag en aanbod. Daar ontstaan hele nieuwe businessmodellen uit die aan de ene kant een lager risico hebben voor de participant in dat model, want 1/43 is een stuk minder dan de volle 100%. Juist daarmee spelen en door de traditionele manier van werken heen kijken, hoe bijvoorbeeld iedereen gewend is een pand te verhuren, namelijk: ik stamp een paar stenen uit de grond, zoek er beleggers bij en daar staat weer een pand in Utrecht bij. Nee, nu zeggen wij: “Het moet ook voldoen aan duurzaamheid. Het moet wellicht ook voldoen aan een stukje maatschappelijk belang. Mensen kunnen bedrijvigheid in de buurt erbij krijgen.” Dat is een hele andere benadering van hetzelfde stuk steen. Ik denk dat de platformeconomie in een stukje duurzaamheid wel een hele belangrijke ontwikkeling is. Waar je misschien vandaag nog geen succes mee hebt, maar waar je wel als ondernemer, of als collectief van ondernemers, mee moet gaan experimenteren om daar te komen. Je moet het gesprek aangaan en een beetje durf hebben. Ook hier weer geldt: Ga buiten spelen. Ja, benoem het. Als je benoemt wat je voor je ziet… Heel veel mensen zien het niet en als je het niet ziet dan ga je het natuurlijk ook niet doen. Ik denk dat dat in een gesprek aan tafel, waarbij ik hoop dat het boek dat doet, de dialoog opent. De dialoog openen over, niet alleen maar de BNR, de FD en de hoge oven discussie over trends en ontwikkelingen die er ooit gaan komen. Nee, juist de business vandaag. Jij hebt een idee. Ben jij in staat het te visualiseren en een aantal anderen mee te nemen en wel met z’n 43’en dat pand te kopen? Ik weet ook wel dat je dan heel veel stappen moet nemen om zo’n projectontwikkelaar, eigenaar of vastgoedbaas, want het is veel makkelijker om een iemand te hebben…

Jelle: Maar het wordt ook één iemand, want het is een bv waarin andere bedrijven participeren.

Willem: Maar de perceptie is anders. Ja, het is een rechtspersoon met 43 aandeelhouders bij wijze van spreken of een coöperatie met stembiljetten, maar die businessmodellen: het gaat best wel hard die kant op.

Jelle Drijver: Ik hoef ook zelf geen eigenaar van zo’n pand te zijn, maar zo’n kar van zo’n bv die getrokken moet worden, daarbij wil ik de kartrekker wel zijn.

Is er een hoofdstuk waarvan we zeggen: “Shit, die hebben we niet gedobbeld, maar die wil ik nog wel echt even behandelen.

Willem: ‘Toepassen’, het laatste hoofdstuk: ‘Trends toepassen’, uiteindelijk gaat het daarom dat ik in het boek een tiental trends heb benoemd en dat het toepassen daarvan misschien wel het allerleukste is. We hebben het al een paar keer benoemd: “Ga spelen.” In het laatste hoofdstuk van het boek heb ik Chantal Verweij gevraagd om haar trendcanvas te delen. Dat is ook weer te downloaden. Het is een heel makkelijk canvas waarin je eigenlijk gaat spelen met de wereld om je heen. Je pakt een aantal motivatoren. Je wil namelijk iets veranderen. Je wil je product of dienst veranderen, je wil iets op zijn kop zetten, meer marge maken of meer klanten of omzet hebben. In ieder geval iets wat jou motiveert of belangrijk is in jouw onderneming. Je pakt een van de trends eruit en gaat feitelijk mixen. Je gaat kijken welke trends je nu op je huidige businessmodel los kan laten om die verandering of innovatie die je teweeg wilt brengen mogelijk te maken. Daarmee ga je trendcombinaties maken en gewoon experimenteren in de keuken en kijken wat er uitkomt. Dat ga je vervolgens proberen. Het nieuwe product of de dienst die je hebt, ga je maken. Daar ga je vervolgens kosten en opbrengsten aanhangen en zo ontstaat er uiteindelijk een nieuw businessmodel. Dat trendcanvas is praktisch om ook lekker mee aan de slag te gaan, want het is uiteindelijk van trend naar toepassing. Als we de toepassing niet genoemd hadden, Jelle, dan hadden we wat laten liggen.

Gewoon doen. Niet alleen leuk trends lezen en denken dat je op de hoogte bent, maar ze ook toepassen. Dit is jouw boek. Welk boek, waar niet jouw naam op staat als auteur, vind jij dat ondernemers die luisteren naar deze podcast, of de ondernemers in spe of in dromen, zouden moeten lezen? Een of meerdere, noem eens wat titels.

Willem: Even denken hoor. Ik heb het al een paar keer genoemd. Simon Sinek, los van het feit dat ik het een heel goed boek vind, heb ik hem ook zien spreken. Het is een heel indrukwekkende spreker die de punten die binnenkomen ook wel echt raakt en echt aan de basis liggen van je onderneming. Je moet natuurlijk weten waar je heen wil en vervolgens is het pad daar naartoe: mensen meekrijgen en een goed businessmodel eronder hebben. ‘It starts with why’ van Simon Sinek vind ik een goed boek. Ik vind eigenlijk alle boeken, bijvoorbeeld Elon Musk van Tesla, een inspirerend boek. Steve Jobs vind ik een inspirerend boek. Waarom zijn dat nu boeken die ik inspirerend vind? Niet dat ik mezelf zie als the next Steve Jobs of Elon Musk, maar zijn mensen die zo radicaal anders denken, doen en handelen. Het zijn de opportunistische hoeren van de toekomst die natuurlijk een hele grote bak geld hebben, maar uiteindelijk wel gewoon begonnen zijn met het spelen in een garage en iets gaan doen. Dat gekoppeld aan een hele grote visie, gezond financieel inzicht en een heel sterk team om je heen, brengt je misschien wel naar mars. Ik denk dat het uiteindelijk inspelen op dat soort ontwikkelingen, het leren en mensen die het lef hebben om te spelen, te experimenteren en echt hard vooruit durven gaan, mij enorm inspireert. Punt.

Dank je wel, Willem Overbosch.

Wie is Willem Overbosch?

Willem is een ondernemer, maar ook een mens, vooral dat. Hij is 44 jaar geleden geboren en heeft bedrijfseconomie gestudeerd in Maastricht. Is daarna een aantal jaren gaan werken bij ExxonMobile (een grote oliemaatschappij). Hij merkte dat hij daar eigenlijk zijn ei niet kwijt kon. Is een jaar naar Australië en Nieuw Zeeland geweest. Heerlijk gereisd, cowboy en houthakker geweest en heeft daar zijn vrouw leren kennen, een Nederlandse die ook aan het backpacken was. Willem is teruggegaan naar Nederland waar hijdrie jaar voor een klein IT-bedrijf heeft gewerkt dat zich bezig hield met een technologie die de voorloper was van de data hubs in de logistiek.

Een klein bedrijf met tien man.  Willem zei tegen zijn baas: “Ik wil eigenlijk wel mee ondernemen.” Die baas zei: “Nee”. Dat was de frustratie om eruit te stappen. “Dan ga ik ‘het’ wel zelf doen”. Waarbij ‘het’ nog niet zo heel gedefinieerd was op dat moment. Willem vond het ondernemen al spannend genoeg. Hij merkte dat er heel veel vragen op hem afkwamen die hij niet in zijn studententijd had geleerd op de universiteit en ook niet in zijn omgeving, namelijk: Ondernemen, hoe doe je dat dan?

Toen dacht hij: Als ik nou eens een data hub, ofwel een website, begin en ik ga vragen van ondernemers beantwoorden. Dan ontstaat er een businessmodel waar ik vraag en aanbod kan matchen, want op elke vraag is ook al een antwoord, want jij en ik zijn echt niet de enige die voor het eerst mensen aannemen, voor het eerst een pandje huren, voor het eerst iemand moeten ontslaan, financiering moeten zoeken of iets anders. Zo ontstond MKB Servicedesk in 2006.

Daar heeft hij uiteindelijk in 2013 De Zaak aan toegevoegd en in 2014 ZZP Servicedesk en dat alles onder de vlag van Dutch Network Group. Daarnaast doet Willem nog één ander ding. Dat is de technologie die we gebruiken om de platformen en de communities te managen: Community building software, bigdash.co. Dat is zijn IT-platform waar hij heel veel plezier uithaal en ook echt in gelooft. Het bouwen van een community, en met name verbinden op thema’s die mensen interesseren, dat het daar heen gaat.
[/av_textblock]

[/av_one_full][av_social_share title=’Deel dit stuk’ style=” buttons=” share_facebook=” share_twitter=” share_pinterest=” share_gplus=” share_reddit=” share_linkedin=” share_tumblr=” share_vk=” share_mail=”][/av_social_share]

[av_hr class=’short’ height=’50’ shadow=’no-shadow’ position=’center’ custom_border=’av-border-thin’ custom_width=’50px’ custom_border_color=” custom_margin_top=’30px’ custom_margin_bottom=’30px’ icon_select=’yes’ custom_icon_color=” icon=’ue808′ font=’entypo-fontello’]

[av_comments_list]

[av_postslider link=’category,85,80,81,108,97,42′ columns=’3′ items=’9′ offset=’0′ contents=’excerpt_read_more’ preview_mode=’auto’ image_size=’portfolio’ autoplay=’yes’ interval=’5′]